Vrienden van het dienstvak LO&Sport
 
TERUG NAAR DE PUMO RI EXPEDITIE (4/4, SLOT)
THE TOP IS A BONUS!
Door Gert Borneman

 


Dolf heeft samen met de gids Albert en de klimsherpa Zange kamp twee bereikt. Chapeau! Iedereen in het basiskamp volgt via de porto en de verrekijker wat er verder gaat gebeuren. Ze willen verder naar het zadel, maar het schiet niet op. Er zijn een paar uur nodig om honderd meter verder te komen. Daarbij slaat het weer ook nog om. Het wordt bewolkt en begint te sneeuwen. Uiteindelijk besluit Albert terug te keren naar het basiskamp, want het wordt te gevaarlijk. Als ze terug zijn, krijgen ze alle drie een groots onthaal. Deze prestatie op de Pumo Ri is niet gering. Van de Russische expeditie is niemand in kamp twee geweest. Van de acht Oostenrijkers maar zes en van de tien Amerikanen maar twee. Dit geeft aan hoe moeilijk de omstandigheden zijn.


Moeizaam
De volgende morgen gaan Ebe, Ruud, Patrick en Dawa een poging wagen om kamp twee te bereiken. Ik ga vandaag naar het basiskamp van de Everest, dat een stuk lager ligt. Het is prachtig weer. Ik voel dat ik nog niet hersteld ben van mijn tocht naar kamp twee. Het gaat moeizaam. In het basiskamp van de Everest is het een drukte van jewelste. Er zijn ongeveer twintig expedities aanwezig, die allemaal een eigen gebied afgebakend hebben. Na wat rondgekeken te hebben, ga ik terug want zo rond één uur in de middag lunchen we. De terugtocht gaat vreselijk moeizaam. Ik ben kapot en vraag me af hoe ik in hemelsnaam nog in kamp twee van de Pumo Ri terecht moet komen. Als ik bijna in het basiskamp ben, staat Gerrit te zwaaien. Als ik eindelijk boven ben, vraagt hij zich af waarom ik zo langzaam liep. Ik zei hem dat ik weer totaal stuk zat en een poging naar het basiskamp twee echt niet meer zie zitten.

Tweestrijd
Tijdens de lunch vernemen we via de porto dat de ploeg in kamp twee is aangekomen. Daar zit ik dan, in tweestrijd. Wel of niet gaan? Morgen gaan Albert met Dawa en Zange kamp twee afbreken. Dit hebben we besloten in verband met de weersomstandigheden en het lawinegevaar. Ik besluit om met hen mee te gaan, want ik wil in kamp twee geweest zijn. Na een goede warme maaltijd ga ik vroeg naar bed om er morgen klaar voor te zijn. Om vijf uur staan we op. Het is prachtig weer. Als we vertrekken gaan we tergend langzaam naar kamp één. Ik praat mezelf moed in en het spookt door mijn hoofd dat het moet lukken. De snelheid van Albert is me te hoog, zodat ik wat achterblijf. Het maakt niets uit, ik loop mijn eigen tempo en rust daar waar het nodig is.

Onverantwoordelijke gedrag
Als we in kamp één zijn, treffen we de twee Amerikanen, die alsnog naar de top willen. We hebben ze al duidelijk gemaakt dat dit onverantwoord is, omdat de klimsherpa’s de touwen van de berg afhalen. Ze hebben niets meer bij zich om te ruilen en wij moeten de touwen weer in Namche Bazar laten zien. Anders blijven de touwen van elke expeditie op de berg achter. Ze willen toch door en ik kan er verder niet zo mee zitten. Het zijn ervaren bergbeklimmers die door ons meerdere malen op hun onverantwoordelijke gedrag gewezen zijn. We kunnen ze verder niet tegenhouden.

Gehaald!


Feestje
Albert en ik gaan via de vaste touwen omhoog. Uiteindelijk komen we na enkele rustpauzes in kamp twee aan. Ik ben blij het gehaald te hebben en vier een klein feestje met Albert. We pakken de spullen in die er in kamp twee nog zijn. Onze rugzakken zijn nu een stuk zwaarder. Albert en ik dalen als eerste af, daarna komen Dawa en Zange die de touwen afbreken. Halverwege het basiskamp en kamp één komen Gerrit en Ruud ons tegemoet om spullen te dragen. Daar zijn we heel erg blij mee, want het is toch nog redelijk zwaar.

Gerrit voorop
In het basiskamp aangekomen is het al een drukte van jewelste. Morgen gaan we weg. In drie dagmarsen moeten we in Lukla zijn om het vliegtuig te halen. Dat wordt dus aanpoten, want hier hebben we op de heenreis acht dagen over gedaan. De volgende morgen staan we dan ook vroeg op om alles op te ruimen. Dolf is ziek en ligt laveloos op een stapel stenen. Als we weggaan loopt Gerrit voorop en Dolf erachter op de automatische piloot. Ik loop weer achter Dolf, we lijken wel een stel eenden. Waar Gerrit loopt, volgen wij. Dit is makkelijker voor Dolf, die alle kanten opzwalkt. Omdat we afdalen, gaat het in de loop van de dag beter met hem. Eindelijk komen we om vier uur ’s middags aan in Pheriche. Albert regelt hier Chang, dat is Nepalees bier. Ik heb nog nooit zoiets smerigs gehad. Binnen de kortste keren is Manou dronken en gaat Albert achter de vrouwen aan.

Gerrit Pasman schreef voor het blad 'De Onderofficier' een artikel over deze expeditie.


Namche Bazar
Morgen gaan we naar Namche Bazar, een tocht van acht uur. Als we de volgende morgen om acht uur weggaan, is Dolf een stuk opgeknapt. Het is een vermoeiende tocht, waarbij we veel omhoog en omlaag gaan. Iedereen is moe, als we om vijf uur op de plaats van bestemming aankomen. Onze tassen zijn er nog niet, die komen rond tien uur ’s avonds. Elke drager heeft drie tassen met een totaalgewicht van vijfenzeventig kilo! Het is onvoorstelbaar dat zij dezelfde route gelopen hebben. Wat een prestatie! Onze spullen zijn binnen, dus we kunnen naar bed.

Lukla
De volgende morgen maken we ons klaar voor de laatste dagmars naar Lukla. We hebben er weinig zin in, maar het moet. Anders halen we ons vliegtuig in Kathmandu niet. Na een lange dagmars met weinig interessante dingen, komen we in Lukla aan. Patrick is al op het vliegveld geweest en heeft de tickets gehaald voor de vlucht naar Kathmandu. Dat is dus geregeld. We zijn de volgende morgen vroeg op het vliegveld van Lukla. Natuurlijk hebben we overgewicht zodat we moeten betalen. Hier klopt niets van, want we hebben minder spullen dan op de heenreis. Maar ja, betalen, anders mogen we niet mee.

Een normaal bed!
De terugvlucht naar Kathmandu is hetzelfde als de heenvlucht. De puinhoop op het vliegveld, ontzettend veel mensen, lawaai, watten en snoepjes. Bij aankomst in Kathmandu zitten we weer in de wereld van armoede, stank en lawaai. De bus staat al klaar om ons naar het Singhi-hotel te brengen. Eindelijk weer een normale kraan waar water uitkomt, wat een luxe. En een douche! Eten met mes en vork! Koffie! Een normaal bed! Je realiseert je dan pas hoe bevoorrecht we zijn.

Pingelen
We hebben nog een dag de tijd om inkopen te doen. Op de heenreis hebben we al geleerd af te pingelen, dus dat lukt nu ook weer prima. Maskers, schaakspelen, Boeddha’s, Mantra’s, alles gaat mee. In het hotel zit ook een expeditie van de Cho Oyu. Ze hebben twee doden, die niet meer teruggevonden zijn. De beslissing van ons team om ermee te stoppen, was een goede. Vaker is het moeilijker om te stoppen dan om door te gaan. De top, daar draait het vaak om. Wij hebben gekozen voor onze veiligheid.

Naar huis
Op 18 mei staan we vroeg op. We gaan naar huis! Iedereen snakt hiernaar. Op het vliegveld weer het gebruikelijke ritueel. Overgewicht! We worden weer opgelicht en moeten vijfhonderd dollar betalen. Dolf ontploft bijna. Don’t fuck me! De man schuift rustig de tickets aan de kant en roept de volgende. Niet betalen, niet mee! Wat moet je dan? Na betaald te hebben, stappen we in het vliegtuig. Iedereen heeft het wel een beetje gehad en is blij terug te gaan. Bij aankomst in Frankfurt zijn we al onze bagage kwijt. Die komt wel na, verzekert men ons. We zien het wel. Gerard en mijn vrouw Marij verwelkomen ons. Wat leuk! De terugreis met het busje verloopt voorspoedig. Midden in de nacht komen we thuis aan. Iedereen is doodop. Na wat bijgepraat te hebben, gaan we slapen. Het avontuur is voorbij! De top is helaas niet gehaald, maar onze belangrijkste doelstelling wel. Gezond weer thuiskomen!

To be there is a great adventure, getting to the top is only a bonus!


Publicatiedatum: 24 januari 2024


In deze serie verschenen de volgende afleveringen:

Proloog: deel 1 LO&Sportorganisatie sponsort de expeditie, deel 2 Aftellen!!!!! (training in Oostenrijk)
Deel 1  : Waar ben ik in terecht gekomen?
Deel 2  : Na Gerard nu ook de gids weg.
Deel 3  : A hell of a climb!