Vrienden van het dienstvak LO&Sport
 


PROMO NMK TRIATHLON 2017

Jan Joosen, Rik van Trigt, Jeroen Meijer, Ed Janssens, Henk Schoonhoven, Roel Hessing, Paul Lindeboom, Jan Bult en Jurjen Blokzijl hebben in het verleden succesvol een hele triathlon volbracht en ontvingen van de redactie het onderstaande verzoek.
“Op woensdag 14 juni is het NMK Triathlon weer in Biddinghuizen met een 1/8 en OD op het programma. Dit is een mooi moment om jullie historische prestatie op de enige echte wedstrijd te belichten: de LD, of Long Distance of Lange Afstand. 
Wat is in je herinnering het allermooiste moment op deze afstand geweest wat is je minst mooie herinnering?”

Nagenoeg iedereen vond het leuk om in het spiergeheugen terug te keren naar die memorabele sportdag, wat leidde tot de onderstaande reacties.

Jeroen Meijer
Mijn mooiste moment is voor mij (cliché) de finish behalen! Ik heb daar zo’n enorm goed gevoel aan over gehouden doordat ik de hele wedstrijd naar mijn idee super goed ingedeeld heb, op 1 ding na (komt straks bij de volgende vraag ;-).
Daarnaast was een erg belangrijk moment, wanneer ik het water verliet. Ik ben een ‘slechte’ zwemmer en hoopte binnen 1:15 uur uit het water te komen. Toen ik het water verliet gaf mijn horloge 1:07 uur aan. Dit moment is naar mijn idee enorm bepalend geweest voor de indeling van de rest van de dag. Het gaf me een goed gevoel en een gevoel van rust. De hele dag loop je voor op schema. Mijn doel was finishen binnen de 10:30 uur.


Mijn minst mooie herinnering is dan denk ik de laatste km's. Ik liep ruim op schema om onder de 10:00 uur te finishen maar de laatste km’s vond ik water drinken gedoe/te lastig/te veel werk en dus deed ik dat te weinig. Daardoor heb ik de laatste 5 km behoorlijk wat kramp gehad, wat waarschijnlijk voorkomen had kunnen worden. Uiteindelijk finishte in alsnog in 09:58:14 uur!

Hopelijk heb ik na 19 augustus 2017 nog een mooi verhaal met hoogte punten. Dan doe ik namelijk mijn 2e LD, de Ironman Kalmar in Zweden.”

Ed Janssens
In 1988 de triathlon van Almere voldaan in 12.50, een jaar later in Middelkerke in 11.24 en in 1991 (weer in Middelkerke) in 10.20. Als ik nog even was doorgegaan was ik waarschijnlijk in 2000 in de buurt van Rik van Trigt gekomen😉. In die tijd was alles nog experimenteren. De eerste triathlon stuurtjes kwamen uit, net zoals de dichte wielen. Voor de zekerheid nam je 5 tubes onder je zadel mee want je zou maar eens lek rijden. Sportvoeding bestond alleen nog in poedervorm dus werden er 7 bananen her en der op het frame geplakt. Slechte ervaringen heb ik nooit gehad. Ik wist als ik het zwemmen had gehaald, dat de rest op karakter kon. De basis lag in die tijd nog bij professioneel trainen. Namelijk niet praten en schrijven over trainingsprincipes maar gewoon 5/6 keer per week trainen. Op de fiets van Tilburg naar Weert om daarna 4x op een dag 8 kilometer met de KMS leerlingen te lopen, om dan in de avonduren nog eens zo'n 65 km terug te fietsen. De hoofdprijs had ik in 1989. Gelukkig belde mijn soigneur (sportinstructeur Maurice Hermans) af om mij te ondersteunen. Ik was op mijzelf aangewezen en had er net een week oefening in Marches les Dames opzitten. In Middelkerke ontmoette ik een leuke dame die in de organisatie van de wedstrijd zat. Om te voorkomen dat ik vroegtijdig uit de wedstrijd zou stappen, heeft ze de laatste 16 km met mij meegelopen. Tot op de dag van vandaag nog steeds mijn vrouw😂.

Oh ja. Het schiet mij te binnen dat van mijn lichting 86-3 van de A1 gp (16 man) maar liefst 4 man de volledige triathlon hebben volbracht . Jurjen Blokzijl was er daar een van, Bas Germs (toen cavalerist) en Martin Dotinga (toen TD-er). De basis lag hem ook in het feit dat de sport op de KMS toen nog een serieuze aangelegenheid was en alle leerlingen verplicht aan de mini triathlon van de KMS moesten deelnemen.

Paul Lindeboom
“Na afloop van eerdere halve triathlons had ik mijzelf voorgehouden dat deelname aan een hele er nooit van zou komen, want die zwemlimiet van 2 uur zou ik zeker niet halen. In die tijd was ik echt een beroerde zwemmer en kreeg het niet voor elkaar om continue een kilometer te borstcrawlen. Zeg nooit ‘nooit’ want in 1996 stond ik toch aan de boorden van het Gooimeer. Zonder inzwemmen al drijfnat, want zag als een berg tegen dit eerste onderdeel op. En dan ga je het water in, kom je ineens in een cadans en een ongekende flow terecht en sta je na 1u18min ineens je al om te kleden naar het fietsen. Onwijs tevreden met mijzelf op dat moment, zeker toen ik in de snel opgelopen warmte ook nog eens bij mijn fiets stond en meerdere (te hard opgepomte) banden hoorde knallen. Ik was gelukkig zo onervaren om slechts 6 bar er in te drukken.

Ik was voor die afstanden mentaal niet zo sterk en zat met een jong gezin (twee zonen, van 9 en 6 jaar) een beetje in een spagaat. Zie in mijn logboek nog meerdere geplande trainingen van 120km fietsen, gevolgd door 20km hardlopen genoteerd met 100fietsen en 15 lopen. Tijdens de trainingen bekroop mij altijd het idee dat ik niet teveel van mijn lichaam moest vergen en kortte bijna alle trainingen in. Het gevolg laat zich raden: het laatste uur van het fietsen en de laatste 2 uren van de marathon waren een lijdensweg en een martelgang. Op het halve marathonpunt gloorde nog een eindtijd in de 10 uur, kwam uiteindelijk pas na 12u15 gesloopt en uitgewoond over de finish.”


Roel Hessing
Ik begin met het minst mooie moment, dat staat nml in relatie tot het mooiste moment!
1989: Ik stond op het strand van Almere te wachten voor het startschot. Ondanks dat ik wist dat ik een slechte zwemmer was, drukte ik mij door alle zenuwen naar voren in het startveld. De eerste 500m werd ik overzwommen door zo’n beetje het gehele wedstrijdveld. Brilletje kwijt, en gevochten om boven te blijven. Door alle energie die ik daar al verloren had, schoot na ongeveer 3km de kramp in beide kuiten en werd er door de organisatie overlegd mij uit water te halen (op een surfplank nog wel!). Na wat lelijke woorden mijnerzijds besloten ze mij (in de rugslag) het traject af te laten maken. In het Parc Fermee aan gekomen stonden er nog ongeveer 50 fietsen van de 800. Dit had ik mij in de voorbereiding toch wel anders voorgesteld. Ik weet zeker dat Rik van Trigt toen al minimaal een uur op fiets zat! Rekken, strekken, massage in de tent en daarna de fiets op.

Mooiste moment 1989: Fietsen is altijd mijn beste onderdeel geweest. Dat gevoel van ongeveer 5 uur, 180km lang alleen maar atleten inhalen was SUPER!”

 

Rik van Trigt
“Veel mooie momenten zoals in 1993 de 3 de plaats in 8:19’21”, toen de 9 de wereldbesttijd over de klassieke lange afstand. De 4 x 3 de plaatsen bij het NK LA, de 9 de plaats bij het EK LA in 1991, de 3 e plaats bij de IRONMAN Lanzarote, 26 ste bij de IRONMAN Hawaii in 1996.
Het allermooiste moment is toch nog steeds de 7 de plaats bij het eerste WK militairen over de korte Olympische Afstand. In een veld met echte wereldtoppers zoals, Hellriegel, Eggert, Lecrique en Merzlov kwam ik super makkelijk en eigenlijk onverwacht als 7 de over de meet. Het onverwachte kwam eigenlijk doordat ik de week daarvoor nog had deelgenomen aan het EK Lange Afstand en noemen wij nu slim geperiodiseerd gebruik makend van het Super compensatie effect. Ik was zelf toentertijd niet zo tevreden maar na al die jaren is die klassering nooit verbeterd en staat dus nog steeds.

Minste moment: Tijdens Almere 1995 bij een verversingspost gaf mijn vrouw een bidon aan maar viel toen ook achterover op haar hoofd. Ik heb toen een zet gekregen van een groep supporters met de opdracht ‘doorrijden, wij zorgen wel voor je vrouw’. Veertig km verder kwam ik weer voorbij die post en gelukkig stond mijn vrouw weer en naar mij te zwaaien. Die tussenliggende 40 km waren de zwaarste kilometers ooit want in een topwedstrijd waar alles moet kloppen, klopte dat dus niet. Continue het denkproces van ‘dit is eigenlijk niet normaal, ik moet stoppen en naar mijn vrouw toe’ en aan de andere kant ‘ik heb de kans om te winnen, dat is mijn doel en ik moet slagen’. Om gek van te worden, dus. Helemaal ‘over de riedel’ kwam ik dus door en bij het lopen na 2 km was ik zo van slag dat alles onder en boven eruit kwam. Stoppen was geen optie dus helemaal leeg toch de race goed beëindigd maar helaas wel ver buiten het podium. Later bleek dat mijn vrouw helemaal niet zelfstandig aan de kant stond te zwaaien maar dat mijn zus en moeder haar in die pose hadden gezet……”

Jurjen Blokzijl
“Eind jaren tachtig, de triathlon had zich aardig genesteld als sportonderdeel voor doorgeslagen duursporters. In het begin nog voorzichtig in de KL-sportkalender ingevoerd met ¼ en 1/3 varianten, inclusief verplichte rust tussen de onderdelen, anders was de ‘inspanning te groot’. Ook in de kleine kazerne in Steenwijk was het virus overgeslagen op de kleine sportgroep die 45painfbat als enige klant had. Een jaar voor de uitvoering kregen de ideeën vorm. Met 3 man zouden we in aug 1990 mee gaan doen met de “echte triathlon” in Almere. Sgt1 Bert v Holst van het 45 e en twee man van de sport: Sgt1 Bult en ik. Een mooi project om de trainingsleer op mezelf uit te proberen.

In de wintermaanden werd er gezwommen in het zwembad van de JPK, al vroeg in het voorjaar gingen we de eerste zwemtrainingen al in het buitenwater doen, waarna je nooit een keer je rillingen onder controle kreeg. Na de verplichte selectiewedstrijd, de halve triathlon van Nieuwkoop, was de deelname definitief.
De avond vooraf werd een briefing gegeven, waarna een slapeloze nacht bij vrienden in Amersfoort volgde.

Op de dag zelf stond er veel wind en was het te koud voor Augustus. Na een uitgestelde start bestormde ik samen met meer dan 800 sportidioten het water. Om na 1 uur 15 te beginnen aan 180 fietsen. Een straffe wind zorgde dat de gevoelstemperatuur met het fietsen kouder aanvoelde dan bij het zwemmen. Door de regen waren er talloze deelnemers die door een tekort aan reservebanden langs de kant stonden te bedelen voor een band. Gelukkig bleef het bij mij bij één keer plat.

Toen ik hiervoor van de fiets stapte in de buurt van een verzorgingspost, werd mijn wiel al snel uit handen gegrist door vrijwilligers van de organisatie, die er een reserveband om monteerden.

Gelukkig werd het weer gedurende de dag beter, zodat de laatste 42km over de dijk en terug onder prima omstandigheden gelopen kon worden. Voor het laatste stuk kreeg ik – net zoals Jan - een speciaal shirt van Hennie Crouse, de vrouw van onze commandant Sportgroep Dick Crouse. Uiteindelijk kon ik 2,5 min eerder finishen dan Jan op 12u 23 min. Bovendien op tijd om ‘s avonds de OOCD dienst op de kazerne die nacht af te maken….”

Jan Bult
De triathlon van 1990 was de zwaarste van alle voorgaande versies. Er waren dat jaar heel veel uitvallers. De opgave voor dat jaar was 1005 en er verschenen 850 atleten aan de start, waarvan 350 de finish niet haalden. Uiteindelijk waren er 493 die het haalden.

Op de vroege ochtend reden we naar Almere en het stormde. Dat beloofde veel goeds. Op de dijk bij Almere vloog de paraplu gelijk dubbel van de harde wind. De organisatie stond in dubio wat ze moesten doen. De start was gepland om 07.00 uur in de ochtend maar door het wilde water met de daarbij harde wind tot nader order uitgesteld. En daar stond je dan in het startvak: kant en klaar te popelen. Dan is een uur wachten erg, maar dan ook erg lang.

Om 08.00 uur het verlossende startschot. Eindelijk. Heerlijk om te mogen starten waar je zo lang naar uit had gezien. Het was nog even spannend voor mij. Veertien dagen daarvoor was ik tijdens een training tegen het wegdek gesmakt. In de training pakte ik een kwart triathlon waarbij ik bij het fietsen in een bocht ten val kwam. Beste wond in het gelaat. Naar de dokter op zaterdagmorgen om te hechten. Ik had nog 14 dagen om te herstellen. Dan moest het dicht zijn. Bij het zwemmen mocht ik daar geen last van hebben

Maar goed, ik was gestart. Schuimkoppen op het water. Gelukkig weinig last van omdat ik alles in schoolslag deed. Ik kon niet zwemmen, dat was mijn handicap. Toen ik het water uitkwam waren er nog maar 75 man achter me, ik kwam als 790e uit het water.
Maar goed, toen fietsen. Heerlijk wat een wind. We hingen scheef op de fiets. Maar gelukkig ook wel eens wind mee. Al met al 331 man ingehaald met fietsen, opgeschoven naar plaats 459. Daarna lopen waar ik uiteindelijk belande op de 329e plaats. Ik was een tevreden man.

Minder tevreden was ik met het feit dat Jurjen Blokzijl mijn trainingsmaatje was. Hij finishte 2.22 min voor me. Shit, als sportman doet dat zeer. Maar de aap kwam uit de mouw bij Jurjen. Hij had zich laten helpen bij een verzorgingspost om zijn band te plakken. En dat mag niet, Jurjen! Binnen een minuut was hij klaar. Ook ik een lekke band. In de regen 10 min mee lopen klooien. Dus je ziet al: oneerlijke strijd tussen Jurjen en mij. Dit achtervolgt mij tot het eind van mijn diensttijd. Jurjen, het zij je gegund. Maar toch : )

Ook was dit het jaar waarin 4 bekenden mee deden. Rik van Trigt. Die uiteindelijk super maar dan ook super op een derde plaats binnen kwam. Ja ja 3000 gulden voor Rik.
Daarnaast Anne Heikoop, Jurjen en Ik.

Anekdote van Anne. Ik had hem opgeleid in Appingedam bij de ROAG (Reserve Officieren Academisch Opgeleid).
In Appingedam baalde Anne altijd omdat hij zich het snot voor de ogen liep om mij eruit te lopen. Dat lukte niet. Maar tijdens de Triathlon na het keerpunt op de dijk (na 25 km) liep Anne mij voorbij. Hij kon het niet laten en zei: ‘Zo, nu heb ik je toch nog te pakken.’ Wat was dat mooi.”

Publicatiedatum: 24 mei 2017